Hugo en het avontuur in de verboden stad: Deel 8
“Ik wens dat we super snel zijn.”zegt Hugo. “Uw wens is mijn bevel.”zegt Babas. En meteen zijn Hugo en Zanzar allebei elders in de feestzaal. De tovenaar rent alle kanten op. Maar voor hij Hugo of Zanzar te pakken kon krijgen, Poef! Waren ze ineens aan de andere kant van de grote feestzaal. De tovenaar werd er helemaal moe en gek van. Plotseling komt de Sultan binnen. Meteen wenst Hugo stiekem dat hij z’n normale tempo weer terug heeft en die wens gaat gelijk in vervulling. “Wat is dat voor ’n hels kabaal meneer de tovenaar?” vraagt de Sultan boos. “Die boeven…” hijgt de tovenaar. “Die boeven zijn ontsnapt. En ik probeer ze weer voor u gevangen te nemen.” “Wat?”buldert de Sultan. “De taartendief is ontsnapt? Wachters! Grijp hem.” Een stel paleiswachters stormen de feestzaal binnen. Nét als ze Hugo willen grijpen klinkt er ineens een stem die roept: “WACHT!” De Sultan draait zich om. “Zanzar!”roept hij. “Krijg nou niks!”zegt Hugo. Die heeft de lamp bij zich en heeft intussen een kortere baard en hele dure kleding aan. Hij ziet er weer uit als een grootvizier. “Ik zal je de onschuld van Hugo bewijzen!”zegt Zanzar. “Babas, ik wens een filmdoek, met daarop alle plannen van de tovenaar.” Meteen verschijnt een film doek, die alle snode plannen van de tovenaar in beeld brengt. De tovenaar wordt vuurrood van woede. Maar stiekem schuifelt hij richting Zanzar. Net toen de film was afgelopen grist hij de lamp uit Zanzar’s handen. “Kijk uit!”roept Hugo. “Te laat sukkels!”roept de tovenaar. “Om mij te grijpen moet je machtig zijn!” “Dit kan ik niet aan zien!” zegt Hugo. Hij rent op de tovenaar af, en weet de lamp af te pakken. “Ik wens dat de tovenaar al zijn krachten kwijt is!”zegt Hugo. “En dat hij met zijn toverstaf alleen nog maar deuren kan openen.” “Uw wens is mijn bevel.”zegt Babas. En meteen kwam er een felle flits in de feestzaal die de meeste krachten van de tovenaar afneemt. Daarna wenste Hugo nog tot slot een vriendelijker karakter voor de tovenaar. “Gefeliciteerd Hugo!” zegt Zanzar trots. “Dat wilde ik al eerder wensen, maar door dat die tovenaar binnen kwam, schrok ik zo, dat ik die wens vergat.”
“Zo zeg!”zegt de Sultan. “Zo klaag ik dat er nooit wat gebeurt in dit paleis. Maar wat net gebeurde, dat was bloedstollend!”
Hugo heeft zijn onschuld kunnen bewijzen en dankzij de tovenaar komen hij en Zanzar in de normale wereld. “Waarom blijft gij geen grootvizier?”vraagt Hugo aan Zanzar. “Wel… “zegt Zanzar. Nu doet iemand anders het en ik overwoog al eerder ontslag te nemen. Na dit avontuur doe ik dat zeker. Maar wat doen we nou met die tovenaar? “Daar heb ik al iets op.”zegt Hugo. Ik heb een hele goede vriend, die al bezig was met een Oosters paleis te ontwikkelen in ons sprookjespark, daar kan onze tovenaar in gaan wonen, om vervolgens bezoekers door deze betoverde wereld te laten leiden. “Een goed idee.”zegt Zanzar. “Maar hoe komen we hier nou weg? Onze wensen zijn op!” Dan krijgt Hugo een idee. Hij wrijft nog eens over de lamp. Babas verschijnt en zegt: “Uw wensen zijn op! Dus u kunt helaas niks meer wensen.” “Oh dan doe ik een verzoek!”zegt Hugo. En ik verzoek u ons dringend terug te sturen naar attractiepark de Efteling. Babas weet niet of een verzoek net zoiets is als een wens, dus voert hij het plan maar gewoon uit.
Even later komt Hugo het kantoor van zijn goede vriend uit. “Zo da’s geregeld.”zegt hij. De wereld van de Fata morgana zal binnenkort in de Efteling te zien zijn. “Fijn en wat is mijn rol daarin?”vraagt Zanzar nieuwsgierig. “Helemaal niks.”zegt Hugo. Gij werkt niet hier, maar in een pretpark in het Belgische Wavre. Daar zoeken ze ook iemand voor een Oosters paleis. En je mag deze lamp meenemen als aandenken. Zanzar is toch een beetje ontroerd. Dit avontuur is toch goed afgelopen denkt hij. Daar komt vogelrok aangevlogen, met een hoop geschreeuw. “Precies optijd!”zegt Hugo. Vogelrok zal je wel naar Wavre brengen. “Bedankt Hugo.” zegt Zanzar. Ik zal je nooit vergeten, en dit avontuur al helemaal niet. “Graag gedaan.”zegt Hugo, en voor mij geldt het zelfde. Zanzar klimt op de rug van Vogelrok. En meteen vliegen zij in zuidelijke richting.
Hugo maakte een wandelingetje door de Efteling. Hij is blij dat hij weer veilig thuis is. De meeste mensen komen na een vakantie of avontuur thuis met meer bagage, dan wanneer ze vertrekken. Hugo was tenslotte zijn koffer kwijt geraakt toen de halve maen zonk. Maar hij heeft wel een souvenir. En prachtige goudkleurige waterpijp. Die zal hij bij z’n stoel tussen zijn gestolen goederen uit de postelse Abdij plaatsen. Zodat hij er zo nu en dan naar kan kijken en zich weer aan dit verhaal kan herinneren. Plotseling komt kapitein Hudson aanlopen. En toen hij Hugo zag, sloegen bij hem de stoppen door. “Jij zal worst lusten voor alle ellende die mij hebt aangericht!”gromt Hudson. Mijn dure VOC schip is naar de haaien, ik heb dagen lang op een suf plankje zitten drijven, mijn bemanning is kwijt, dus kunnen ze ook geen show meer geven in de Efteling. “Zeg, ik herinner me ineens dat mijn huis nog een bende is.”zegt Hugo. Ik stap maar weer eens op! “Jij stapt nergens op!”zegt Hudson. Wacht maar tot ik je te pakken heb! Dan zou je wensen dat je die reis nog nooit gemaakt hebt! Hugo rent weg en Hudson rent achter hem aan. Beide mannen rennen het hele park door. “Had ik mijn wensen maar niet verbruikt in de fata morgana!”schreeuwt Hugo. Dan had ik mezelf onzichtbaar kunnen wensen!